Insecten, grasklaver en bonen worden basis voor veevoeder

Eiwitten vormen essentiele bouwstenen voor mens en dier. Van nature zijn ze aanwezig in zowel dierlijke als plantaardige voeding. Maar als de wereldpopulatie stijgt, neemt ook de vraag naar eiwitten toe. Door de verminderende productie van dierlijke eiwitten en de steeds schaarsere gronden, moeten er alternatieven worden gezocht. “Om onze land- en tuinbouwsector weerbaar te maken tegenover deze evoluties, is het belangrijk dat we ervaring opdoen met nieuwe eiwitbronnen”, onderstreept gedeputeerde Inge Moors (CD&V). Onlangs kregen 19 eiwitprojecten groen licht.

Larven

Bij drie van die projecten zijn de Limburgse landbouwpraktijkcentra, PVL in Bocholt en PIBO-campus in Tongeren, belangrijke voortrekkers. De zwarte soldatenvlieg krijgt zo een hoofdrol in het project ‘Agrarische Insecten Cluster’.  “Daarin willen we nagaan hoe we verscheidene reststromen van landbouwbedrijven kunnen inzetten voor het produceren van insecten”,  duidt PVL-coördinator Sander Plamans. “Insecten zijn nog te duur om als eiwitbron te gebruiken voor veevoer. Met praktijkbedrijven willen we de insectenkweek opschalen in samenwerking met de landbouwbedrijven. Global Link Projects in Kinrooi heeft nu als eerste in het land een aanvraag lopen om een oude kippenstal om te vormen naar een grootschalige insectenkwekerij. De larven van de zwarte soldatenvlieg bevatten heel veel eiwitten en zijn een ideale grondstof voor dierenvoeding. Bij Thomas More in Geel loopt al een proefproject op labo-niveau dat we willen vertalen naar de praktijk. Daarnaast is er een wetgevend kader dat nog deels moet worden ingevuld.”

Klaver

In het tweede project Gras@vies beogen PVL en PIBO de teelt van grasklaver te optimaliseren. Grasklaver is een belangrijk plantaardig eiwit voor diervoeding. “We willen een adviesdienst opstarten om landbouwers te helpen bij de teelt van grasklaver”, verduidelijkt Sander. “Door klaver mee te nemen in de grasteelt kan het eiwitgehalte opgekrikt worden, maar voor grasklaver is de teelttechniek wel essentieel. Niet overbemesten en aangepaste maaitechnieken zijn toch wel aandachtspunten. Sommige boeren zijn in het verleden afgehaakt omdat ze de teelttechniek onvoldoende in de vingers hadden”.

Veldbonen

Met het project ‘Veldbonen: van veld tot voer’ wil PIBO-campus het veldbonenareaal in Zuid-Limburg en Vlaams-Brabant ondersteunen door duurzame samenwerkingsverbanden tussen akkerbouwers en veehouders. “Dit moet leiden tot een verhoogde interesse in de veldbonenteelt bij veevoederfirma’s, veredelaars en de melkindustrie”, duidt PIBO-coördinator Damien Xhonneux. Veldbonen vormen immers een hoogwaardige bron van eiwitten die goed gedijt in het Vlaamse klimaat. De projecten lopen maximum twee jaar en moeten tegen 30 juni 2024 zijn afgerond.